Doel 4: Normen en waarden overbrengen
In de opvang vind ik het belangrijk dat kinderen niet alleen emotioneel kunnen groeien, maar ook leren wat normen en waarden zijn. Kinderen komen uit verschillende thuissituaties en hebben daardoor uiteenlopende opvoedstijlen meegekregen, zoals een vrije, strenge of evenwichtige opvoeding. Dit maakt het extra belangrijk dat ouders weten hoe er in de opvang met de kinderen wordt omgegaan.
Mijn visie is helder: elk kind mag zichzelf ontwikkelen in eigen tempo en zijn eigen kracht ontdekken.

‘Geef je kind liefde, zonder alles te accepteren.
En wees ervan overtuigd
dat een begrenzing niet altijd een beperking is’;
Steven Pont (1962).
In de praktijk betekent dit dat kinderen leren dat bepaalde regels belangrijk zijn voor hun veiligheid en respect voor anderen. Voorbeelden hiervan zijn: elkaar niet pijn doen, om de beurt spelen, vragen en af en toe helpen, zoals bij het aangeven van een luier.
Tegelijkertijd vind ik het belangrijk dat een kind zichzelf mag zijn. Daarom leg ik nadruk op respect voor elkaar. Door respect en samenwerking dagelijks voor te leven en te oefenen, krijgen kinderen een stevig fundament voor hun sociale vaardigheden en leren ze verantwoordelijk omgaan met anderen.
Het doel is om de kinderen genoeg zelfvertrouwen te geven zodat ze zich kunnen ontwikkelen tot een prachtig kind (mens) vol zelfvertrouwen met liefde voor zijn omgeving.
Invloeden van de natuur
In mijn opvang leren kinderen met respect om te gaan met elkaar, met dieren en met de natuur om ons heen. Samen zorgen we voor plantjes, ruimen we op na het spelen en leren we dat alles in de natuur waardevol is.
Door voor te leven en voorzichtig om te gaan met wat leeft ontdekken kinderen wat zorg en verantwoordelijkheid betekenen. Zo groeien ze op tot kinderen die goed zorgen voor zichzelf, voor anderen en voor de wereld.